Tweede generatie geeft gas - Van Kuijk Groep
Op het moment van onze afspraak is het drukbezochte openhuis net achter de rug. Het 55-jarige bedrijf vierde niet alleen het jubileum maar liet genodigden, belangstellenden en familie ook kennismaken met de nieuwe werkplaats: “Ruim negentig procent van het werk aan onze vloot doen we zelf.”
Broers Bart en Coen van Kuijk zijn als tweede generatie de drijvende kracht achter de Van Kuijk Groep. De afgelopen twintig jaar hebben een reeks overnames geleid tot een firma met 100 eigen trucks en 150 trailers (D-Tec en Van der Peet). Voor tachtig procent bestaat het wagenpark uit Volvo’s, aangevuld met DAF’s en een enkele Scania. Die gaan gemiddeld acht tot tien jaar mee waarbij kilometrages worden gehaald van negen ton tot zo’n 1,3 miljoen. Het betreft vooral diesels, aangevuld met een enkele elektrische truck. Een team van vier monteurs zorgt ervoor dat die vloot gekeurd, gewassen en in optimale conditie de weg op gaat. De oude werkplaats paste niet meer bij die ambitie. Tijdens de rondleiding laat Bart de oude situatie zien: de put lag er relatief dicht bij de linkermuur, de temperatuur liet er soms te wensen over en het was er relatief donker. Kortom, lange tijd een heel gewone werkplaats zoals je die zo veel zag en nog ziet.
Lichte werkplek
In de huidige markt van personele krapte kijken we niet verbaasd meer op als werkgevers zorgen uiten over de beschikbaarheid van technisch personeel op de korte en lange termijn. Een lichte werkplek met de modernste apparatuur is een belangrijk onderdeel geworden van het personeelsbeleid bij veel werkplaatsen en dat is niet anders bij de Van Kuijk Groep. Dus zien we nu een werkplaats om de spreekwoordelijke vingers bij af te likken. De twee putten zijn in het werk gestorte exemplaren,
geen prefab units. Bovendien is veel voorbereidend werk in eigen huis uitgevoerd. Denk aan bekabeling, mantelbuizen, afzuiging etc. De langste van de twee meet 20 meter en betreft de keurstraat met de remmentestbank en de andere is een 10 meter korter exemplaar waar onderhoud en reparatie wordt uitgevoerd. Een kelder ontbreekt, onder meer omdat er geen bulkvoorraad olie gebruikt wordt maar oliekarren.
Zorgzaam
Tijdens de bouwperiode heeft VLT zich volgens Bart een zorgzame leverancier getoond. “Er was veel tussentijdse controle of alles nog wel volgens de specificaties verliep en dat vind ik belangrijk. Als een put eenmaal gestort is kun je niet veel meer beginnen zonder een hoop kosten en vertraging, dus we hebben een gedeeld belang om dat te voorkomen. Bovendien voorkomt het gezeur achteraf.” Omdat er relatief veel lichte opleggers gekeurd worden in deze werkplaats was de keuze voor een liftbank snel gemaakt: “Dat scheelt ons zoveel onnodig extra werk en tijd.” In de werkplaats gebeurt 95 procent van het benodigde onderhoud en de nieuwe apkstraat maakt ook het keuren nu mogelijk. “We hechten aan flexibiliteit en onafhankelijkheid. Als een voertuig de geplande keuring niet kan halen omdat deze bijvoorbeeld alsnog naar een klant moet dan kunnen we dat hier zelf intern snel omwisselen. Keuren bij derden kost niet alleen reistijd, het is vooral de planning die voor hinder zorgt en dat omzeilen we nu. We hechten aan maximale flexibiliteit, uiteindelijk gaat onze klant altijd voor.”
Voor technische informatie:
VLT remmentestbanken met asliftsysteem